
Kurkuma, Indiase geelwortel, koenier (Surinaams-Nederlands) de echte naam van deze kruid is Curcuma longa, met de belangrijkste bestandseel curcumine, welke uit de wortel gewonnen wordt. Vroeger werd deze kruid ook Tameriek genoemd. De specerij is een vast bestanddeel van kerriepoeder (curry) en geeft hieraan zijn gele kleur. Het is 1 van de meest gebruikte ingrediënten in curry-gerechten en zorgt voor smaak en kleur. De specerij is mild bitter van smaakt.
Curcumine is als kleurstof E100 bekend en is toegestaan in levensmiddelen, maar ook in de wetenschappelijke belangstelling staat vanwege de anti-inflammatoire (tegen ontsteking) en antioxidatieve eigenschappen.
Er worden vele gezondheidsvoordelen benoemd over deze kruid, zoals onder andere de bestrijding van Alzheimer

Onderzoek heeft uitgewezen dat kurkuma de werking van geneesmiddelen beïnvloedt, en kan daarmee in potentie gevaarlijke effecten hebben.
Kurkumapoeder wordt in India traditioneel gebruikt voor de behandeling van wondjes en schrammen. Het zou van oudsher gebruikt worden in de Ayurveda. In 1995 werd in de VS een patent toegekend aan de Mississippi State University op een wondbehandelingsmiddel gebaseerd op kurkuma. Dit patent werd het jaar daarop aangevochten door de Indiase Council of Scientific & Industrial Research en ingetrokken. De reden hiervoor was niet het eeuwenoude gebruik van kurkuma, maar het feit dat dat gebruik eerder beschreven was in een wetenschappelijk tijdschrift. Mensen kunnen kurkuma op verschillende manieren tot zich nemen, bijvoorbeeld als een masker of als kruidenthee.
In Azië wordt van kurkuma wel eens verondersteld dat het zou werken als medicijn tegen allerlei ziektes, zoals trombose en hersenaandoeningen, waaronder de ziekte van Alzheimer en Parkinson. Reageerbuisonderzoek constateerde dat curcumine, een molecuul geëxtraheerd uit geelwortel, zich inderdaad bindt aan giftige metalen en ontstekingsremmend werkt. Echter, omdat curcumine in de mens nauwelijks kan worden opgenomen in de darm en omdat het zeer snel wordt gemetaboliseerd, is het therapeutisch nut ervan zeer twijfelachtig. Hoewel er veel onderzoek is en wordt gedaan naar curcumine als therapeuticum, concludeerde een uitgebreid literatuuronderzoek in de Journal of Medicinal Chemistry dat er tot heden geen betrouwbare studies zijn die een gezondheidsvoordeel van kurkuma of aanverwante stoffen hebben aangetoond.
Er wordt op populair wetenschappelijke websites wel eens geconcludeerd dat het veelvuldige gebruik van kurkuma in Indiase gerechten de oorzaak is dat alzheimer in India nauwelijks voorkomt. Dit bleek een feitelijk onjuiste conclusie: dementie komt voornamelijk op oudere leeftijd voor en in India zijn relatief weinig ouderen (In 2012 was zo’n 6% van de Indiase bevolking ouder dan 65 jaar. In Nederland was dat 16%). Als we alleen naar mensen van 65 jaar en ouder kijken dan is er nauwelijks verschil tussen Nederland en India qua aantallen mensen met dementie, en met Oost en Centraal-Europa zelfs geen enkel verschil.

